Annemiek: Hoe zachtjes glijdt ons bootje…

Square

… over de Donau.
Wat een rust in de nacht. Dan pas realiseer ik me dat Nederland wel erg vol is en de rest van Europa ontzettend leeg. De bootmotoren zijn amper hoorbaar en het vaartempo is zo rustig dat er geen golven worden opgeworpen, hoogstens geruisloze rimpelingen. Voor het eerst in jaren zie ik de Melkweg, weerspiegeld in het bewegingloze water en boven mijn hoofd. Het is prachtig, die zwijgende glorie van het heelal als koepel over ons schip, dat haast lijkt te zweven tussen tijd en ruimte. De nacht valt als warm fluweel op ons neer. Waar zijn we nou? In elk geval ergens voorbij Bratislava, want we hebben dat verlichte kasteel gezien dat ze hier omgekeerde eettafel noemen met de hoektorens als poten en de vleugels als het tafelblad.

Kasteel van Bratislava

Dat helpt niet echt. Bijna de hele Donau ligt voorbij Bratislava. In die leegte lijkt ons bed te veranderen in een vliegend tapijt en de wereld in een toverlantaarn. Een eindeloze bioscoopvoorstelling van sterrenhemels, verlichte golfjes, en zelfs vallende sterren. Overdag dansen dorpjes voorbij, kliffen, kerktorens en hele muren van kalkrotsen.
En wat er ook heel veel is: sluizen. Zit je lekker te tafelen, blijkt het mooie uitzicht veranderd in een natte muur met alg en mossen. Na allerlei onduidelijk gestommel en gebonk begint het schip zachtjes uit deze krocht op te stijgen tot we weer gelijk met het Donaupeil liggen. We zullen in totaal zeventien stuwen passeren via de bijbehorende schutsluizen. De Donau heeft op onze vaarroute een totaal verval van 330 meter. De reeksen sluizen vormen een reuzenladder met zeventien treden, die we allemaal moeten afdalen om straks op het diepste punt, Constanta/Mamaia te belanden.
De IJzeren Poort.

Ingang van de IJzeren Poort

Een schitterende vaarroute van ruim 100 km tussen de dreigende Karpaten en het Balkangebergte. Het begint hier waarachtig te lijken op een canyon De Donau slijpt zich een weg door de kalksteen en elke keer als de bergen een beetje stijgen zakt de rivier een beetje dieper. Echt aardbevingsgebied. De wereld is hier nog lang niet klaar. Het water is gevaarlijk en snel en verbergt kliffen en extreme diepten. Er huist hier ook een soort Lorelei, zegt de reisleider, die net als haar Duitse zusje overmoedige schippers naar de ondergang zingt. Als ik de dreigende bergen zie die de smalle snelle rivier in een wurggreep houden, dan kan ik dat grif geloven.
Het is een lappendeken van landen langs de Donau die de grens vormt tussen Servië en Roemenië; Oostenrijk, Hongarije, Servië en Kroatië, Kroatië en Roemenië, Hongarije en Slowakije, Bulgarije en Roemenië. enzovoorts.

Hongaarse Puszta

Onze telefoon wordt er overspannen van. Elke morgen na het ontwaken hebben we wel twintig sms’jes. U bent in Servië; telefoongesprekken kosten € 1,- per minuut. In Kroatië: telefoongesprekken kosten 23 cent. Of nee, toch Hongarije, en tien mintuten later weer Servië. Geen wonder dat het hier vroeger zo vaak oorlog was, mensen wisten amper in welk land ze nu weer waren.
De nachten worden steeds mooier en steeds stiller. Sterren en zacht fluisterend water. En de geur van linden. Slavische volkeren vereerden de linde als een god en nog steeds zijn alle straten en pleinen afgezoomd met linden. En nu is het juni, en de haast ondraaglijke zoete bloesemgeur waart over bossen en rivier, soms wel vijftig kilometer van de dichtstbijzijnde steden. De lucht is overal waar we komen doordrenkt van de geur van lindenbloesem. Betoverend.
Niemand wil meer naar buiten kijken want de openluchtbioscoop draait teveel van hetzelfde. Alweer die wilgen en die lage oevers. Zagen we gisteren ook al. En eergisteren. Dat saaie platte landschap en niks dan lucht en water. En wat oude brikken. Dat zijn er niet eens zo heel veel. Het lijkt wel of onze rivier alleen wordt bevaren door toeristendozen zoals de onze. De meeste duwbakken liggen aan de kant te roesten. Verder wat kleinere vrachtboten en soms een pontje waar amper twee auto’s op kunnen. Al die sluizen hebben weinig te doen.

Natuurlijk hebben ze hier ook pontjes


Maar het landschap is echt niet zo saai. Voor wie goed kijkt wordt er een heleboel verteld. Witte energie. Alle stuwen zijn voorzien van turbines en er komen spinnewebdraden uit die de stroom naar heel de omgeving vervoeren. Overal landerijen vol zonnepanelen die de energie van onze zon oppikken en klaar voor gebruik maken. Vanaf Passau heeft de Donau allerlei kleuren vertoond, behalve nou net dat wereldberoemde blauw van Strauss. En nu is de rivier opnieuw van kleur veranderd: grijs door het slib dat ze vanaf de verre Alpen, Karpaten en Balkangebergte heeft meegenomen. Nu de stroomsnelheid zakt, dwarrelt het langzaam naar beneden. Overal doemen nu slibeilandjes op vol wilgen en vogels. Maasduinen in de Donau. Vol pelikanen, witte reigers en flamingo’s.
We naderen de Donaudelta en daarmee de Zwarte Zee. Hier keren we om.